Dankzij medicatie kunnen mensen met hiv gewoon meedraaien in de maatschappij. Maar gebrek aan kennis en hardnekkige vooroordelen staan een normaal leven nog te vaak in de weg.
‘Voor mensen met hiv is het een enorme opsteker dat het virus door medicatie niet meer overdraagbaar is’
Belangrijkste stap voorwaarts in de zorg voor mensen met hiv? ‘Dat er een heel palet aan medicatie is,’ zegt Reina Foppen, voorzitter van de Hiv Vereniging. ‘En dat we in Nederland in de gelukkige positie zitten dat we daar toegang tot hebben. En vooral, dat we het virus daarmee effectief kunnen onderdrukken. Slaan de medicijnen aan, wat in de meeste gevallen ook gebeurt, dan is hiv niet meer overdraagbaar.’ Het maakt haar werk niet overbodig, benadrukt Foppen: ‘Voor mensen met hiv is het een enorme opsteker dat het virus door medicatie niet meer overdraagbaar is. Je kunt een normaal seksleven hebben, op een natuurlijke manier kinderen verwekken, een normaal leven leiden. Maar het stigma is er nog steeds en dat kan je belemmeren om gewoon mee te draaien in de maatschappij. Uit angst voor afwijzing, waardoor je ook heel negatief over jezelf kunt gaan denken. En ja, dan wordt het weer lastig om je therapie vol te houden: elke dag pillen, elk half jaar controle bij je arts.’
Niet overdraagbaar
Gebrek aan kennis en vooroordelen zijn hardnekkig, zegt Foppen: ‘Aan de ene kant heb je de mensen die menen dat hiv hier helemaal niet meer voorkomt. Aan de andere kant is er een grote groep die hiv meteen koppelt aan de vele sterfgevallen uit de jaren tachtig en negentig, die er schande van spreekt, schaamte verspreidt en nog steeds bang is om ook geïnfecteerd te raken, al was het maar door een glas waaruit iemand met hiv heeft gedronken.’
De campagne N=N moet veel vooroordelen wegnemen. Foppen: ‘Dat staat voor “Niet meetbaar = Niet overdraagbaar”. Met medicatie is het virus niet meer meetbaar in het bloed en dat betekent dat het ook niet meer overdraagbaar is. Er is geen reden om mensen met hiv anders te behandelen.’
Onnodige voorzorgsmaatregelen
Teleurstellend noemt Foppen het dat ook bij medisch personeel nog veel gebrek aan kennis is. ‘Vaak zie je onnodige voorzorgsmaatregelen, handschoenen aan bijvoorbeeld, terwijl dat helemaal niet hoeft volgens het hygiëneprotocol. Die protocollen kloppen over het algemeen prima, maar de onderbuik regeert dan blijkbaar.’ Tegelijkertijd komt het nog te vaak voor dat mensen klachten hebben die niet worden herkend als symptomen van hiv. ‘Vaak durven artsen niet goed door te vragen. Gordelroos bij, laat ik zeggen, een heterovrouw met een gezin is dan geen indicatie om een hiv-test te doen. Uiteindelijk kom je dan met een vergevorderde infectie in het ziekenhuis terwijl die test gewoon veel eerder had moeten worden ingezet. Dan heb je ook eerder toegang tot een goede behandeling.’