De transitie is stevig in gang gezet. Omdat EU- richtlijnen het voorschrijven. Maar ook omdat er een generatie is opgestaan die niet anders verwacht van bedrijven. De leden van B Lab Benelux vormen het puntje van de voorhoede.
B Lab is een wereldwijde organisatie met als missie de economie te veranderen naar een model dat ten gunste staat van iedereen. ‘Het bedrijfsleven en daarmee de wereld willen verbeteren is natuurlijk belangrijk en mooi. Dat proces van heldere en haalbare doelstellingen en certificering voorzien is een stap verder,’ aldus Tessa van Soest, Executive Director van B Lab Benelux. B Lab creëert wereldwijd standaarden, beleid, tools en programma’s voor bedrijven. De organisatie kent zogeheten B Corps status toe aan bedrijven die voldoen. Die certificering is een praktische manier om steeds meer positieve impact te maken. B Corp staat voor ‘Benefit for all’. En als het gaat om inclusiviteit, transparantie en duurzaamheid is dat zonder meer van toepassing. ‘Om de certificering te verkrijgen moeten bedrijven een minimumscore van 80 van de maximale 200 punten behalen op hun sociale en milieu-impact’, zegt Van Soest ‘Met behulp van onze B Impact Assessment maakt een bedrijf als het ware een röntgenfoto en krijg het inzicht in hoe het ervoor staat en waar het beter kan. Dat wordt elke drie jaar opnieuw beoordeeld.’
Grote vlucht
B Lab is in 2006 gestart in de Verenigde Staten. Inmiddels zijn er zo’n 9.000 bedrijven B Corp, van de kleding- en voedings- industrie tot en met adviesbureaus en maakbedrijven. Ook in Nederland heeft B Corp ondertussen meer dan vierhonderd leden. Interessant is natuurlijk de vraag waar dat toenemende succes vandaan komt? Van Soest: ‘De vraag komt bovenal vanuit het bedrijfsleven zelf. Men wil anders en beter. Wat wel iets zegt over de intrinsieke motivatie. Een reden is ook dat samenwerking met ons dus helder zicht geeft op het bedrijfsmodel en wat daar aan te verbeteren is. En daarbij zie je dat er een generatie werknemers en ook consumenten is opgestaan die duidelijke eisen heeft op dit gebied. We komen steeds meer tot het besef dat dit essentieel is voor de planeet en dus de mensheid.’
