De Nederlandse bouw- en infrasector staat voor een gigantische maatschappelijke opgave qua woningvoorraad, verduurzaming en mobiliteit. ‘De uitdaging is enorm en vraagt om innovaties. Dat gaat hand in hand met verdere digitalisering,’ constateert Dennis Mollet, specialist digitalisering Koninklijke Bouwend Nederland.
‘Digitalisering is een soort van katalysator om de innovaties verder op weg te helpen. Zeker ook omdat de opgave moet worden uitgevoerd door beroepen waarin grote personeelstekorten zijn. De sector moet wel stappen zetten om aan de vraagkant te blijven voldoen.’ Bouwbedrijven hebben de afgelopen jaren grote stappen gezet op het gebied van digitalisering. Inmiddels heeft bijna driekwart (75%) zijn processen grotendeels gedigitaliseerd. In 2018 was dit nog maar 46%.
Productiviteitsstijging
Jeroen de Gruijl van marktonderzoeksbureau USP marketing consultancy is verantwoordelijk voor het onderzoek. Ook hij constateert een katalysatoreffect van de digitaliseringsslag. ‘De productiviteitsstijging in de bouw liep de afgelopen 50, 60 jaar achter op die van andere industrieën. Digitalisering in de ontwerpfase, robotisering en ‘predicted maintenance’ (voorspelling van het onderhoud) zorgen ervoor dat de bouw en infra een enorme efficiëntieslag kunnen maken.’ Hij onderscheidt drie kernprocessen: de interne (administratieve) processen op orde krijgen; digitale uitwisseling, bijvoorbeeld met ketenpartners samenwerken in een BIM-model; en nieuwe technologie, waarbij je te maken hebt met robotisering en industrialisatie.
‘Digitalisering is geen doel op zich. Het is voor ons een middel om goed te kunnen functioneren als sector,’ benadrukt Mollet. ‘Het is niet iets dat we als branche kunnen opleggen. Onze bedrijven zien het als een hulpmiddel om bepaalde vraagstukken zoals de energietransitie of de grote woningbouwopgave te tackelen.’ De Gruijl noemt de Wet kwaliteitsborging als voorbeeld. ‘Dat kan een trigger zijn om de informatie goed op orde te hebben. Welke materialen gaan in een gebouw en wat kunnen we met die materialen als de levensloop ten einde is? Om daar de volgende stap in te kunnen zetten, moet de informatie op orde zijn.’
Cultuuromslag
Uit het onderzoek zie je dat de sector grote stappen heeft gezet, stelt Mollet. ‘Inmiddels behoren we tot de voorhoede. Ondernemers in de bouw- en infrasector worden zich steeds meer bewust hoeveel faalkosten ze kunnen terugdringen of hoeveel kwaliteitsverbetering mogelijk is met digitaliseren,’ De Gruijl valt bij: ‘Er is een verandering in houding én gedrag. Uit de gesprekken die we hebben gevoerd, merk je dat bedrijven intrinsiek gemotiveerd zijn om ermee aan de slag te gaan. Je ziet een echte kentering. Men is sterk bezig met digitalisering op de werkvloer. Er wordt nagedacht hoe de mensen op de bouw zelf digitaal het beste kunnen worden ondersteund. Bijvoorbeeld met de inzet van tablets waarop ze digitale tekeningen kunnen uitlezen.’ Vooral de grotere bedrijven zetten zwaar in op het aannemen van jongeren met een digitale mind-set om de bedrijfscultuur te veranderen. Mollet: ‘Door de ontwikkelingen is een ander soort type jongere, dat voorheen niet voor onze sector koos, wel geïnteresseerd.’