Nederland is een coalitieland bij uitstek. Samenwerkingen tussen de overheid en marktpartijen geven Nederland daarbij een unieke concurrentiepositie: nationaal én internationaal. Maar bij het collectieve belang van vergaande reductie van CO2-uitstoot blijft een intense omarming tussen de natuurlijke bondgenoten van overheid en afvalsector al ruim een jaar uit.
Voor afvalenergiecentrales stonden de seinen al vóór de invoering van een importheffing op buitenlands afval, op 1 januari 2020, op rood. Een extra belasting die ervoor zorgt dat de kosten voor de klant met zo’n 50% stijgen. Plotsklaps ingevoerd, zonder overleg met de sector, zonder onderbouwing. Daarnaast werd per 1 januari 2021 de CO2-heffing ingevoerd: een dubbele heffing dus voor de sector.
Duurzaam, zonder subsidie
Studies en onderzoeken van gerenommeerde instituten* toonden eind 2019 aan dat de afvalimportheffing negatieve milieueffecten sorteert. Deze leidt niet tot de beoogde beperking van de CO₂-uitstoot in Nederland en zorgt mondiaal juist voor meer CO₂-uitstoot. Door het storten van afval komt in de omringende landen het schadelijke broeikasgas methaan vrij. De uitstoot van dit gas kent geen grenzen. Plaats Nederland daarom niet in een hokje, maar voer het afvalbeleid vanuit een Europese gedachte uit. Recycle afval zoveel mogelijk duurzaam en zet restafval om in energie. Dat voorkomt storten. Dat doen afvalenergiecentrales (AEC’s) dag in, dag uit: duurzaam, efficiënt en zonder subsidie. De importheffing van het afgelopen jaar brengt daarnaast het investerings- en innovatievermogen en de werkgelegenheid van AEC’s in gevaar, met moeizame cao-onderhandelingen voor de sector tot gevolg. Vakbond FNV is daarom kritisch over het effect van de importheffing voor de sector.
Negatieve effecten
Ondanks diverse toezeggingen van betrokken ministeries om de importheffing in te trekken bij gedegen alternatieven, is deze nog steeds van kracht. De ontwikkelde initiatieven van de afvalsector, het afgelopen jaar, kunnen wél de beoogde CO₂-besparing realiseren. Mét behoud van werkgelegenheid. Zowel de afvalsector als Kamerleden van VVD, CDA, PVV en SGP wachten nu ruim een jaar op een onderbouwing vanuit de overheid voor een – op het oog – willekeurig ingevoerde heffing, met negatieve effecten tot gevolg. Diverse door journalisten opgevraagde onderbouwingen werden door het ministerie met zwartgelakte passages verstrekt. Hierbij gaat het om de passages ‘Nationale kosten’, ‘Maatschappelijke gevolgen’ en ‘Negatieve bijeffecten’.
Urgenda-vonnis
AEC’s doen daarom nogmaals een klemmend beroep op de overheid om de gepresenteerde alternatieven vanuit de sector om te zetten in toekomstig beleid. Deze gevalideerde plannen, van zowel de Vereniging Afvalbedrijven (VA) als de geformeerde coalitie van vier vooraanstaande AEC’s (ARN, Attero, AVR en EEW), zorgen ervoor dat Nederland daadkrachtig uitvoering kan geven aan de eisen van het Urgenda-vonnis.
Duurzame herbestemming
Als samenleving staan we nú voor de keuze om de misvatting los te laten dat een importheffing op buitenlands afval meer rendement en positieve milieueffecten oplevert. Afvalenergiecentrales hopen en vertrouwen erop dat de overheid en de afvalsector elkaar op korte termijn weer vinden. Met waardering voor de geïnitieerde plannen wek je geen duurzame energie op. De huidige importheffing moet volgens de AEC’s daarom per 1 januari 2022 geschrapt worden. De heffing is een schrikbeeld voor afvalenergiecentrales. Het brengt ze in problemen, terwijl de overheid de afgelopen decennia flink met belastinggeld in deze centrales heeft geïnvesteerd om continue duurzame transities te ondersteunen. Het jaarlijks importeren van 1,5 miljoen ton buitenlands afval draagt daaraan bij. De oven van iedere afvalenergiecentrale staat aan om al ons restafval een betekenisvolle, duurzame herbestemming te geven. Dat geeft de samenleving hernieuwbare energie en daarmee minder CO₂-uitstoot. Tel uit je winst.
*PWC, TNO en CE Delft (allen 2019)
ARN, Attero, AVR, EEW
De vier afvalenergiecentrales ARN, Attero, AVR, EEW vormen gezamenlijk de AEC-coalitie, de Afvalvergroeners.