Een zwembad in Wezep, een verouderde verwarmingsketel en een gemeente die zocht naar een duurzaam alternatief. “We hebben een ontwerp gemaakt voor een installatie die met de restwarmte van een aardappelfabriek het zwembad verwarmt.
Ze liggen dicht bij elkaar in Wezep, zwembad De Veldkamp en de aardappelfabriek van CêlaVíta. “Die laatste,” vertelt Simon Bos, manager omgevingswarmte bij onderzoeksbureau Syntraal, “loosde indertijd elke dag gezuiverd water van dertig graden op het riool. De hoeveelheid was zo’n beetje gelijk aan de inhoud van een groot zwembad.” De gemeente vroeg aan Bos en zijn collega’s te onderzoeken of het mogelijk was dat water te gebruiken voor de warmte-installatie van het zwembad, ofwel: toepassing van aquathermie als duurzaam alternatief voor de verouderde verwarmingsketel.
Restwarmte
Bos: “We hebben een technisch plan uitgewerkt en een ontwerp gemaakt voor een installatie die met de restwarmte van de aardappelfabriek het zwembad verwarmt. Plus een doorrekening. Het is nogal een investering, zo’n compleet nieuwe installatie, maar daar staat tegenover dat er geen gasrekening meer is. In tien jaar tijd heb je de kosten terugverdiend.”
Alle partijen waren enthousiast en toch dreigde het plan te stranden. “De gemeente kon niet zomaar een warmtebedrijf beginnen en bij CêlaVíta zagen ze het niet ook zitten om naast hun core business iets geheel nieuws op te starten. Toen dachten we: Waarom doen we het niet gewoon zelf?”
Avontuur
“Je kunt het ene na het andere duurzame plan ontwikkelen,” zegt Bos, “maar als het in een bureaulade verdwijnt, schiet het allemaal niet op.” De holdingmaatschappij van zijn werkgever, TAUW Group, besloot, samen met de exploitant van het zwembad, zelf een BV op te richten en de investering te doen. Bos: “Gasketel eruit, warmte-installatie erin. In 2018 zijn we het avontuur aangegaan. En drie jaar later kunnen we zeggen dat het systeem zichzelf bewezen heeft. Sterker nog, we hebben inmiddels soortgelijke projecten gerealiseerd in Raalte, Urk, De Bilt, Velsen en op Texel. De volgende stap is: de techniek nog breder uitrollen. De helft van de warmte voor woningen en kantoren kunnen we uit water halen. Dan héb je het ergens over.”