De arbeidspopulatie is nog nooit zo groot geweest. Tegelijkertijd zijn de werkloosheidscijfers historisch laag. Dat versterkt de onderhandelingspositie van werknemers, ziet Michel Tobé, voorzitter Facility Management Nederland.
‘Je wil dat je medewerkers naar kantoor komen, omdat je daarmee een binding met het merk en het bedrijf organiseert’
Tobé: ‘Nog niet zo lang geleden had de werkgever de papieren in handen om te zeggen wat je wel en niet ging doen. Die tijd is voorbij. Nu kun je, als je een goede medewerker bent, deels vanuit huis werken. De nieuwe generatie wil werktijden die passen bij activiteiten die naast dat werk plaatsvinden, zoals de sportschool. Vanwege de arbeidsmarkt kijken ze anders naar een werkgever.’
Gastvrije omgeving
Het is een goede aanleiding om de faciliteiten en inrichting van de werkplek op te waarderen. ‘Als werkgever wil je dat je medewerkers naar kantoor komen, omdat je daarmee een binding met het merk en het bedrijf organiseert. Tegelijkertijd wil je als medewerker om heel andere redenen naar kantoor gaan. Als facilitair manager kun je daarop inspelen door het nuttige en de fun te combineren.’ Tobé vertelt over bedrijven die hun heidagen juist op kantoor doen en dat doordrenken in de bedrijfsfilosofie en uitingen. ‘Ze richten het kantoor in met hippe bankjes, leuke vergaderplekken, prettige werkruimtes. Het is maar net hoe je tegen werk aankijkt. Gaat werk over de euro’s of mag werk leuk zijn en mag er af en toe een feestje zijn? Daar zitten gradaties in.’ Het belang van goede catering en een gastvrije omgeving wordt onderschat, meent hij. ‘Ik denk dat je de catering moet afstemmen op wat voor bedrijf je wil zijn en op je publiek. De jonge generatie beschouwen goede, duurzame en gezonde voeding – zwaar gesubsidieerd of kosteloos – als een arbeidsvoorwaarde.’ Hij heeft een mooie anekdote over hoe hij een paar jaar geleden de gefrituurde snacks één dag in de week had vervangen voor een salade- en fruitbar. ‘Tot aan de ondernemingsraad toe was het commentaar niet van de lucht: gaat de gemeente zich bemoeien met mijn eetpatroon? Mijn antwoord luidde: nee, maar we willen wel dat je gezond eten krijgt aangeboden. De frituurzaak in de wijk is gewoon open, dus voel je vrij om daarnaartoe te lopen. Na een paar weken was het gemopper voorbij. ‘Op de gemeentewerf moet ik wel ander eten aanbieden dan op het gemeentehuis. Daar moet je op kunnen anticiperen.’
Praktisch geschoolden
Nederland is steeds meer een kenniseconomie. Dat geeft nieuwe uitdagingen, ziet Tobé. ‘Het lijkt erop dat we een deel van de arbeidsmarkt helemaal niet zien. Daarmee ontstaat een nieuwe vorm van discriminatie.’ Hij gebruikt de schoonmaker met een deeltijdcontract als voorbeeld. ‘Vaak vindt het schoonmaken aan de randen van de dag plaats, op het moment dat het gezin kwetsbaar is. Voor de praktisch geschoolde hebben we te weinig aandacht. Zeker vergeleken met de kenniswerker wiens werktijd- en -plek liefst zo flexibel mogelijk is.’ Hij hoopt dat dit snel verandert. ‘Ik verwacht dat de praktisch geschoolden de komende jaren aan invloed gaan winnen. Door de vergrijzing zijn bijvoorbeeld veel extra handen in de zorg nodig en door de aanhoudende krapte op de arbeidsmarkt zijn alle talenten keihard vereist. Dit biedt ook praktisch geschoolden de kans om een grotere zeggenschap te krijgen over hun werk’.