Beleggen in (woning)vastgoed heeft de afgelopen jaren een hoge vlucht genomen. Vanwege het aantrekken van de vastgoedmarkt, maar ook vanwege de hogere rendementen dan op een spaarrekening. Het is verstandig om goed uw voorwerk te doen, omdat uw geld bij niet-beursgenoteerde vastgoedfondsen voor een langere periode vastligt.
Beleggen in vastgoed kan via een beursgenoteerd fonds, een niet-beursgenoteerd fonds of direct. Er zijn verschillende manieren waarop de vastgoedfondsen geld ophalen om te investeren. Dit gebeurt in de vorm van een participatie, deelnemingsrecht of certificaat, waardoor u participant, aandeelhouder of certificaathouder wordt van het fonds.
Vastgoedstrategie
De meeste aanbieders van niet-beursgenoteerde vastgoedfondsen staan niet onder AFM-toezicht. Fondsen die participaties uitgeven moeten in principe beschikken over een vergunning van of geregistreerd staan bij de AFM. Het geld dat het fonds ophaalt met het uitgeven van participaties, aandelen of obligaties, wordt geïnvesteerd in de bouw of de aankoop van woningen, kantoren, winkels of andere vastgoedobjecten. Het fonds verdient geld aan de verhuur en, afhankelijk van de strategie, uiteindelijke verkoop van het vastgoedbezit, waarbij de investeerders delen in de opbrengst.
Bij de aankoop van een obligatie koopt u een waardepapier dat gedurende een bepaalde looptijd rente uitkeert. Een belangrijk punt bij niet-beursgenoteerde vastgoedfondsen is dat u investeert voor een langere periode. Meestal kunt u niet zomaar tussentijds uit de vastgoedbelegging stappen. Het is daarom goed om u goed te informeren over de specifieke risico’s die u bij de belegging loopt. Bijvoorbeeld door u vooraf te verdiepen in het ‘trackrecord’ van de aanbieder.
Pensioenfondsen
Belangrijke grote investeerders in vastgoedfondsen zijn Nederlandse pensioenfondsen en verzekeraars. Met het rendement dat vastgoedfonds oplevert, moeten ze hun toekomstige verplichtingen zekerstellen. Hetzelfde geldt natuurlijk net zo goed voor particulieren die hun geld beleggen in een vastgoedfonds. De primaire focus ligt op het rendement. Vastgoedfondsen richten zich bijna altijd op een specifieke categorie in vastgoed, zoals winkelcentra, kantoren, logistiek, industrie of wonen. Er zijn allerlei andere factoren, zoals het makelaarsadagium ‘locatie, locatie, locatie’ en de kapitaalstructuur die de aantrekkelijkheid van een fonds bepalen. Minder schulden betekent minder rentelasten. De balans tussen de bezittingen (vastgoed) en financiële verplichtingen is een indicatie voor het risico dat investeerders lopen.
Bij beleggingen in vastgoed wordt de aankoop vaak deels gefinancierd bij een bank. Deze heeft een eerste recht van hypotheek. In het prospectus is hier in de regel informatie over te vinden, waarbij ook wordt ingegaan op de risico’s. Ook als het vastgoedfonds geen geld leent bij een bank, is het zaak om door te vragen over de risico’s en zekerheden. Is er een onderliggende taxatie van het vastgoed? Het zijn de logische vragen die u moet stellen, zodat u zich niet blindstaart op het rendement dat u in het vooruitzicht wordt gesteld. Met verstand investeren houdt in dat u zicht heeft op de risico’s die u loopt. Veel vastgoedfondsen keren de winst uit in de vorm van jaarlijks dividend. Daarom is het belangrijk goed naar de financiering en de kostenstructuur te kijken.