Bar-le-Duc viert een bijzonder jubileum: het merk gebruikt al tien jaar flessen die volledig uit gerecycled plastic bestaan en opnieuw verwerkt worden tot nieuwe flessen. Daarbij is wel nuance op zijn plaats, de dop en het etiket zijn nog niet circulair, en het duurzaamheidsproces is nog volop in ontwikkeling.
Je bent dorstig en opent een heerlijke fles water. Dan verwacht je in elk geval fris, gezond en 100% natuurlijk water. Tegenwoordig willen steeds meer mensen ook weten waar het water én de verpakking vandaan komen. Bar-le-Duc heeft daar een helder antwoord op. Hun RPET-flessen zijn niet alleen gemaakt van gerecycled materiaal, maar worden ook opnieuw ingezameld en verwerkt tot nieuwe flessen.
Het circulaire proces van Bar-le-Duc
Van meeliften op een trend kun je Bar-le-Duc niet betichten, want ze doen dit intussen al 10 jaar lang met trots. Thari Hesselink, Senior Brand Manager van Bar-le-Duc, vertelt meer over het proces: ‘Onze flessen worden na inlevering bij Statiegeld Nederland ingezameld en elders verwerkt tot plastic korrels. Onze partner verwerkt deze granulaatkorrels vervolgens tot efficiënte preforms. Dat zijn kleine buisjes waarvan flessen gemaakt kunnen worden. Dat laatste doen we in onze eigen fabriek. Met behulp van hete lucht blazen we de preforms op tot RPET-flessen van 0,5, 1 en 1,5 liter. Op deze manier ontstaat een gesloten proces, van gebruikte Bar-le-Duc-fles tot nieuwe Bar-le-Duc-fles.’
Water uit eigen bron, energie van eigen dak
Het water in de flessen is natuurlijk mineraalwater uit een eigen bron, die zich op 140 meter diepte onder de fabriek bevindt. Door direct bij de bron af te vullen, zijn er nauwelijks transportbewegingen nodig voor het water zelf. Bar-le-Duc werkt daarnaast aan het verduurzamen van de productieomgeving. Zo zijn er op het dak van de fabriek zonnepanelen geplaatst, die inmiddels zo’n 60% van het energieverbruik dekken. We zijn trots op ons jubileum en daar staan we graag bij stil,’ zegt Hesselink, ‘Maar we hebben echt nog wel wat te verbeteren. We kijken continu naar hoe we als Bar-le-Duc onze milieu-impact zo klein mogelijk kunnen houden. ‘