Gynaecoloog Alyde de Kraker krijgt heel veel vrouwen met incontinentieklachten op het spreekuur bij Bergman Clinics | Vrouw. Tussen de 25 en 50 procent van de vrouwen krijgt in haar leven met urineverlies te maken. Dat is in het dagelijks leven behoorlijk hinderlijk. In de meeste gevallen is het mogelijk de klachten te verhelpen.
“Het geeft veel stress. Vaak durft een vrouw de deur niet meer uit, zonder dat ze heel snel weet waar een wc is,” vertelt De Kraker, gynaecoloog bij Bergman Clinics | Vrouw. “We horen heel vaak dat iemand de klacht al best lang heeft, maar niet naar een dokter durft. Dat die stap moeilijk is. Achteraf hoor je dan: had ik het maar eerder gedaan. Dan vertellen ze het aan een vriendin, die vervolgens dezelfde klachten blijkt te hebben. Het is een behoorlijk taboe om hulp te zoeken, terwijl in het overgrote deel van de gevallen forse verbetering of volledige genezing mogelijk is.” Om te concluderen: “Een succesvolle behandeling kan een enorm verschil maken voor hoe je in het dagelijks leven staat.”
Stressincontinentie
Ongewenst urineverlies geldt voor alle leeftijdscategorieën. “Je hebt verschillende type klachten, die bij verschillende leeftijdsgroepen horen.” Bij stressincontinentie is sprake van urineverlies bij drukverhoging. “Het gaat mis bij hard hoesten of lachen, onder het sporten of bij het spelen en achter de kinderen aanrennen.” Vaak is het een wat jongere groep vrouwen, waarbij de klachten gerelateerd zijn aan zwangerschap of de bevalling.
Bij aandrangincontinentie hebben vrouwen zomaar aandrang, waarna ze niet op tijd het toilet bereiken. “Die groep zie je bij het ouder worden steeds groter worden.” Het is behoorlijk ontregelend. “Als je met de auto reist en je wordt overvallen en verliest in één keer je hele blaasinhoud, dan is dat gênant en geeft dat veel stress.” Bij een deel van de vrouwen is sprake van de gemengde variant, waarbij je beide typen van urineverlies hebt. Gelukkig zijn er voor de verschillende varianten behandelingen. “In de meeste gevallen is het mogelijk de klachten te verbeteren en vaak ook helemaal op te lossen.”
Een ‘bandje’
“Het idee ‘het hoort erbij en ik heb het maar te accepteren’ hoeft zeker niet,” benadrukt De Kraker. “Bij het onderzoek kijken we wat er eventueel verder nog speelt. Heeft de patiënt een blaasontsteking, is er een afwijking in de blaas of een blaassteen? Eerst moet je andere oorzaken uitsluiten. Bij iedereen die met plasklachten bij ons komt, checken we standaard hoe goed iemand uit plast en of iemand leeg plast.” Vooraf wordt gevraagd om een dagboekje bij te houden. “Dan ziet een patiënt dat ze ’s ochtends 300 ml heeft uit geplast, maar overdag steeds maar 50 ml uit plast en de hele tijd aandrang heeft.”
Bij stressincontinentie is vaak de bekkenbodem verslapt. Dat kan verbeteren door bekkenbodemoefeningen. “Als fysiotherapie geen verbetering geeft, kan een operatie met een ‘bandje’ onder de plasbuis de klachten verhelpen.” Uit onderzoek in Nederland blijkt bijna een op de drie patiënten (32%) klachtenvrij na fysiotherapie en 91 procent bij een bandje. “Na dat onderzoek mogen vrouwen zelf kiezen of ze meteen een bandje willen. Heb je een drukke baan en kinderen, dan kun je besluiten dat je niet voor de fysiotherapie gaat. Vrouwen die vooral bij het sporten last hebben, kunnen soms ook geholpen zijn met een incontinentietampon. Ook kunnen aanpassingen in levensstijl helpen. Bijvoorbeeld stoppen met roken, zodat vrouwen minder vaak hoeven te hoesten, of afvallen bij overgewicht.
Fysiotherapie is ook effectief bij aandrangtherapie, waarbij je juist leert je bekkenbodem te ontspannen. “Er zijn ook medicijnen om de aandrang te verminderen of botox in de blaas spuiten. Dat is een middel wat de blaasspier ontspant.” Ook kan een behandeling met een apparaatje bij de enkel worden gedaan, dat via neuromodulatie voor rust in de blaas zorgt. Er is zelf een pacemaker mogelijk die in de rug wordt geplaatst bij ernstige vormen van aandrangincontinentie “Bij alles maak je de afweging hoe erg iemands klacht is en of de behandeling bij diegene past. Je begint meestal met de minst ingrijpende optie, met fysiotherapie. Bij een gemengde klacht behandel je als eerste de meest hinderlijke component.”