De vraag naar hoogwaardig kippenvlees uit Nederland is zowel in binnen- als buitenland groot. Toch staat de sector onder druk, onder andere door import van goedkoper kippenvlees dat niet geproduceerd wordt volgens onze hoge standaarden.
De import vormt een bedreiging voor dierenwelzijn en milieu.
De Nederlandse pluimveesector is een belangrijk onderdeel van onze voedingsmiddelenindustrie. Volgens de voorzitter van de Vereniging van de Nederlandse Pluimveeverwerkende Industrie (NEPLUVI) Gert-Jan Oplaat is er een grote vraag naar de hoogwaardige kipeiwitten uit Nederland.
Hoogste standaarden
‘Volgens verwachtingen zal er internationale vraag zelfs met 22 procent toenemen in het komende decennium’, aldus Oplaat. ‘Volgens de World Animal Protection Index zijn we leidend in (boven-)wettelijke welzijnsstandaarden. We produceren onder de hoogste standaarden van voedselveiligheid en dierenwelzijnseisen vlees voor de eigen markt en leveren sinds 2023 aan Nederlandse supermarkten alleen nog maar vers vlees van kippen die volgens het Beter Leven 1 ster keurmerk gehouden zijn – dit is ruim 40 procent van al het kippenvlees.’
Onwenselijk
Dat neemt niet weg dat de sector voor pittige uitdagingen staat. ‘De Nederlandse pluimvee industrie blijft opschalen in duurzaamheid en een beter leven voor dieren, maar tegelijkertijd worden we te afhankelijk van vleesimporten. Sinds anderhalf jaar wordt de Europese pluimveesector bijvoorbeeld geconfronteerd met een aanzienlijke toename van de import uit Oekraïne door een tariefvrije handelsvrijgave voor pluimveevlees. Van juni 2022 tot juni 2023 kwam er al ruim 218.000 ton pluimveevlees uit Oekraïne binnen. Een geschatte 60 procent van de tariefvrije Oekraïense import komt via Nederland Europa binnen. Het gaat dan om zo’n 20 miljoen vleeskuikens, ofwel 15.000 ton per maand, voornamelijk borstkappen. ‘Dat kan onze markt niet verwerken en zal leiden tot verdringing van de Nederlandse producenten’, aldus Oplaat. ‘Het is begrijpelijk dat we de inwoners van Oekraïne willen helpen na de inval van Rusland, maar zij hebben hier geen baat bij. Slechts één oligarch, een gigantisch miljardenbedrijf, plukt er de vruchten van. Het vlees voldoet bovendien niet aan onze standaarden op het gebied van dierenwelzijn en milieu.’
Gelijk speelveld
Dat voldoet het vlees uit de zogenaamde Mercosur-landen trouwens voor een groot deel evenmin. Maar door goedkeuring van het Mercosur-verdrag zou Argentinië, Venezuela, Brazilië, Paraguay en Uruguay worden toegestaan om 180.000 ton goedkoop kippenvlees naar Nederland te exporteren. ‘Ik ben voor vrije handel, maar onder gelijke voorwaarden. Die zijn er nu niet. Een voorbeeld: in landen als Oekraïne en Brazilië mag je volgens de regelgeving veel meer dieren houden per vierkante meter dan in ons land. En in Nederland is het verboden om kippenvoer te importeren uit ontbossingsgebieden, maar Zuid-Amerika exporteert wel kippen die daarmee gevoerd zijn naar ons. Hoe dan ook verstoort deze extra import de markt voor Nederlands pluimveevlees en vormt een bedreiging voor dierenwelzijn en milieu. Wij roepen de regering dus op het Mercosur-verdrag af te wijzen. Wij vinden dat het nieuwe kabinet de regels moet gaan afstemmen op de Europese regels, zodat we weer een gelijk speelveld krijgen. En in Brussel moeten ze de buitengrenzen veel beter gaan bewaken tegen producten die niet aan onze standaarden voldoen.’