Drempels weghalen en het consumenten makkelijker maken om duurzamer te leven. De missie van Vivera, een van Europa’s grootste producenten van plantaardige vleesvervanger, is helder. De ambitie is dat ook: ‘Qua duurzaamheid willen we met Vivera een koploper zijn.’
‘Mensen willen graag gezonder en duurzamer eten, maar kijken ook naar prijs en smaak’
Een nichemarkt? Bij Vivera is de overtuiging dat vleesvervangende producten evengoed in aanmerking komen voor massaproductie. ‘In 2019 hebben we het roer rigoureus omgegooid, onze divisie traditionele vleesverwerking Enkco afgestoten en zijn we ons volledig gaan richten op vleesvervangers,’ zegt Willem van Weede, ceo bij Vivera. ‘Daar ging een diepe soul searching aan vooraf: wat is onze missie, waarom, wat is de context waarin we opereren, wat is de strategie?’ Wat daaruit kwam, zegt Van Weede, laat zich helder samenvatten: ‘Mensen willen graag gezonder en duurzamer eten, maar kijken ook naar smaak en prijs. Onze rol is om de drempels weg te halen. We maken het de consumenten makkelijker om duurzamer te leven met heel veel verschillende plantaardige producten die zo dicht mogelijk aanliggen tegen wat ze al kennen. Dat maakt het voor mensen veel eenvoudiger om in te stappen. En we hebben een scherpe gemiddelde prijsstelling. Vlees is door de inflatiegolf relatief in prijs gestegen, wat onze producten nog toegankelijker maakt. Inmiddels hebben we daarnaast ook steeds meer producten die helemaal niet meer op vlees proberen te lijken.’
Groeispurt
Vivera, vertelt Van Weede, was de eerste die vleesvervangende producten benaderde als een massaproduct: ‘Dat betekent samenwerken met heel veel verschillende klanten door heel Europa en snel verschillende concepten uitproberen en lanceren. We konden daardoor ook heel snel opschalen én de grote veranderingsmotor, de innovatie, op hoge toeren krijgen.’ De techniek, zegt Weede, verbetert doorlopend, de producten waarvoor vooral soja en tarwe worden gebruikt (‘Voor de beste bite en structuur’) worden gemiddeld om de twee jaar vernieuwd. Het bedrijf is inmiddels aanzienlijk groter geworden dan in de tijd dat de vleesdivisie er nog bij zat. Van Weede: ‘In de begintijd was de groeispurt enorm, daarna zagen we een in onze ogen tijdelijke correctie. Om op een volgende groeispurt te anticiperen investeren we nu fors in de capaciteit en de efficiency van het bedrijf. We hebben een masterplan voor het opschalen van de productiviteit. Inmiddels zijn we in ruim 25 landen verkrijgbaar. We halen nu ongeveer vijftig procent van onze omzet uit Nederland en vijftig procent van daarbuiten. In Europa zijn we de derde producent van vleesvervangers.’
Gezondheid
Van Weede twijfelt niet over verdere groei, ook omdat zorgen over de gezondheid een belangrijke rol blijven spelen. Hij wijst op een onderzoek uit 2023 van onder meer Wageningen University & Research (WUR). Van Weede: ‘Daar kwam uit dat rood vlees eigenlijk 7,50 euro per kilo duurder moet zijn als je alle gezondheidskosten die ontstaan door overmatige consumptie ervan in de prijs doorberekent. Bewerkt vlees zou dan 4,30 euro per kilo meer kosten. Bereken je alle maatschappelijke kosten mee, dus ook de milieukosten, dan zou die kilo rundvlees zelfs 13,20 euro per kilo duurder moeten zijn en bewerkt vlees tien euro – een verdubbeling van de huidige prijzen.’ Hoe scoren vleesvervangers als het gaat om gezondheid en milieu? Van Weede kent de discussie over vet- en zoutgehalte: ‘Plantaardig vet is gezonder dan dierlijk vet. En wat zout betreft: we streven bij Vivera onder andere naar het minimaal mogelijke zoutgehalte. De perceptie is vaak: vleesvervangers hebben een etiket met een heel lange ingrediëntenlijst en een hamburger heeft dat niet, misschien wat peper en zout, dat is het. Maar splits je die hamburger uit naar de chemische samenstelling dan krijg je een lijst die langer is dan wat onze plantaardige producten hebben. En voor onze planeet is het sowieso beter om plantaardig te eten.’ Maar is het gebruik van soja niet evengoed belastend voor het milieu? Van Weede: ‘De impact is nog steeds heel veel lager. Bovendien verwerken we niet de genetisch gemanipuleerde soja uit Europa en Noord-Amerika, maar halen we onze biologische hele sojabonen uit Frankrijk en Italië – GMO-vrij en dus niet verbouwd op plekken waar dit ten koste gaat van regenwouden en andere natuur.’ Soja, zegt Van Weede, heeft naast een heel neutraal smaakprofiel, veel vezels en een hoog eiwitgehalte. Het groeit snel en alle onderdelen van de plant kunnen worden verwerkt. Waarmee soja, als het gaat om de productie van de hoeveelheid eiwit per hectare, het meest efficiënte gewas ter wereld is. Van Weede: ‘We hopen in de toekomst lokaal te kunnen inkopen.’
Koploper
Elke kilo vlees die vervangen wordt door een plantaardig product draagt bij aan minder uitstoot, aan minder watergebruik, kortom, aan een beter milieu. Van Weede: ‘Als producent van plantaardige producten kun je je daarachter verschuilen en zeggen: we doen dus al genoeg. Maar dat is niet wat we nastreven. Qua duurzaamheid willen we met Vivera juist een koploper zijn.’ Sinds dit jaar verplicht de CSRD-wetgeving bedrijven om transparant te rapporteren over de duurzaamheidsimpact van hun activiteiten op mens en milieu. ‘Ik denk dat veel bedrijven bezig zijn met de consequenties daarvan: wat betekent dit voor mijn auditing, voor het meten, voor het rapporteren? We zijn met Vivera eigenlijk heel snel gegaan naar: welke ambities willen we realiseren en aan welke verbeteringen kunnen we ons verbinden en hoe kunnen we hiertoe concrete plannen maken en uitvoeren? Doelstelling is in elk geval de broeikasgasemissies per kg product met vijftig procent te reduceren. Dat doen we door processen efficiënter te maken. Minder gas verbranden, minder waste, minder waterverbruik en door andere ingrediënten te gebruiken Elektrificeren van het transport en verantwoord en recyclebaar verpakkingsmateriaal. Plus een keuze voor biodiversiteit. In 2030 moet een kwart van onze producten biologisch zijn.’ Vivera is inmiddels een zogenaamd B-Corp-bedrijf (Benefit Corporation). Van Weede: ‘Dat betekent dat we op een transparante en verantwoordelijke manier hoge milieu- én hoge sociale normen hanteren. Dan gaat het niet alleen om het verlagen van de uitstoot, maar ook om bijvoorbeeld het voor mensen wegnemen van barrières tot de arbeidsmarkt en rekening houden met alle belanghebbenden in en rond de onderneming. De uitdaging is telkens: hoe zorg je dat je een waardevolle partij bent in de maatschappij waarin je bedrijf staat?’
Productinnovatie
Productinnovatie en -ontwikkeling blijft volgens Van Weede de drijvende kracht van Vivera: ‘En we blijven inzetten op diversificatie van onze producten. We maken niet één product, we proberen een heel repertoire van vleessoorten te vervangen en we bieden ook producten die juist niet op vlees lijken. Dit jaar hebben we de Proteïn Bites geintroduceerd, plantaardige maaltijdverrijkers die enkel gemaakt zijn van groenten, granen en peulvruchten.’ Is er al een vleesvervangend Vivera-product dat zich kan meten met de vleesvariant? ‘Ja zeker, onder andere Shoarma,’ zegt Van Weede zonder aarzeling. ‘Toevallig gisteren nog gegeten en het is heerlijk. Ik durf dat ook te zeggen omdat we het blind hebben laten testen tegen dierlijk vlees. Het werd beter beoordeeld dan het vleesproduct.’